“We moeten veel beter vertellen wat we goed doen”

Riet Lenting (Kringloop Zeist) over sociaal ondernemen

4 november 2021

Moet er over dertig jaar nog een onderscheid zijn tussen ‘ondernemen’ en ‘sociaal ondernemen’? En wat moet de rol van de Code daarin zijn? Kortom, wat is de toekomst van sociaal ondernemen? We vragen het Riet Lenting, sinds juni 2014 directeur van Kringloop Zeist. Deze sociale onderneming is gevestigd in Zeist, Driebergen en Doorn. Met de verkoop van spullen voor hergebruik, vermindert Kringloop Zeist de afvalstroom en de verspilling van materialen. Tegelijk worden daarmee betaalde en vrijwilligerswerkplekken gecreëerd voor mensen in een kwetsbare positie.

“Heel veel stakeholders denken: ‘ach, kringloopwinkeltjes’. Maar het zijn meer dan winkeltjes. De impact is heel veel groter. Wat ik ontdekte was dat Kringloop Zeist heel mooie, sociale doelen nastreeft. Wij hebben bijvoorbeeld de sustainable development goals (SDG’s) uitgewerkt. Drie daarvan zijn voor ons het belangrijkst: werkgelegenheid, milieu en armoede.”

Sustainable development goals

“Wat we bereiken op het gebied van werkgelegenheid houden we goed bij. We hebben inmiddels 28 betaalde medewerkers, waarvan 60 procent uit onze doelgroep zelf komt. Dat zijn mensen die binnenkomen via sociale diensten, vanuit detentie, een taakstraf of wat dan ook. Oké bingo, overal vinkjes. De tweede, het milieu, weten we ook. We kennen onze milieueffectrapportage: state of the art, dat wil je niet geloven, geweldig. We weten hoeveel papier erin gaat, hoeveel papier eruit, hoeveel puin erin en hoeveel eruit – prachtig, prachtig.”

“De derde is armoede, die is nog wat lastiger. Dit vraagstuk pakken we niet aan door goedkope spulletjes in de winkel te verkopen, maar door dagelijks spullen weg te geven aan maatschappelijke organisaties. Vandaag nog 39 rugzakjes naar een basisschool. Wat is daar dan de impact van? Moeten we dat iedere dag opschrijven? Vandaag 39 rugzakjes? Morgen zoveel stoelen? Maar oké, het bijhouden lukt.”

“Toch kun je wel mooie praatjes hebben, al je SDG’s bedacht hebben en je impact berekend, niemand heeft daar toch wat aan als je volgend jaar failliet bent? Je wilt niet zomaar vijf, tien jaar bestaan. Als dingen echt goed zijn, duurzaam, dan wil je dat goede verder brengen.”

Ondernemen

“Tijdens mijn aantreden bestond Kringloop Zeist 31 jaar. De opdracht van het toenmalige bestuur was om de organisatie voor nog eens 31 jaar duurzaam voort te zetten. Ze zochten heel duidelijk een directeur met een sociaal profiel.”

“Ik kom uit dat sociale domein – ik ben geen retailer. Maar ik ben opgegroeid in een boerengezin met een groot landbouwbedrijf, waarin het uitsluitend om geld ging. Ik heb heel veel broers en zussen die allemaal wél ondernemer zijn. Als je achttien jaar lang aan dezelfde keukentafel zit, dan weet je wel waar ondernemen om draait.”

Leven van de kassa

“Kringloop Zeist is deze coronacrisis met winkelsluitingen goed doorgekomen – heel goed zelfs. Maar dit moet geen tweede keer gebeuren. Wíj moeten ons dus heel erg ontwikkelen op die ondernemerskant. Daar zit een spanning, want onze ambitie is ook dat steeds meer ervaringsdeskundigen uit onze doelgroep aan het werk gaan binnen de organisatie van ons bedrijf. Maar zij hebben niet altijd van nature de vaardigheden die horen bij duurzaam financieel ondernemen.”

“Onze klanten zeggen dat onze spullen in de winkel heel duur zijn. Maar we leven van de kassa. Er moet dus ook geld binnenkomen. Zo hebben we al twintig jaar iemand werken met een zware verstandelijke beperking. Voor hem krijgen we wel een deel vergoed vanuit de Wet langdurige zorg, maar hij sloopt ook zeker één keer per jaar een overheaddeur – zo’n grote deur die verticaal opengaat – à 20.000 euro. Hij doet dat niet expres natuurlijk, maar dat doet ‘ie gewoon. Dat geld krijg je niet terug van de verzekering, want zij zeggen dat je zo iemand niet aan de overheaddeur mag laten komen. Maar ja, luistert hij?”

“We hebben ook een chauffeur die de ene na de andere spiegel eraf rijdt, een deuk hier, een deuk daar. Daarover begint onze verzekering ook moeilijk te doen. Alles er vanaf rossen en rammen mag natuurlijk ook niet, maar het gebeurt wel. Dus wij moeten gewoon heel veel geld verdienen om die werkgelegenheids-, armoede- en milieudoelen te halen.”

Impact uitdragen

“Naar sommige van onze stakeholders is dat een hartstikke lastig verhaal. We moeten veel meer met onze stakeholders in dialoog, want we hebben er veel: gemeenten, afvalverwerkingsstations, de Wet langdurige zorg, noem maar op. Om hen aan boord te krijgen en te houden, moeten we veel beter en transparant vertellen wat we goed doen.”

“Maar wat is dan het ‘goede’? Daar moet je over praten. Dat betekent ook dat je moet formuleren wat je impact is. Dat vind ik goed aan de Code Sociale Ondernemingen, de Theory of Change: er moet een verandering of verbetering komen in álles wat je doet en laat.”

“Kringlooporganisaties zijn vaak al wat ouder, ze bestaan al zo’n twintig tot veertig jaar. Dat is echt een prestatie. Er heeft zeker een professionalisering plaatsgevonden binnen de kringloopwereld. Maar wat ik supergaaf vind aan de ondernemingen die nu in het Register van de Code zitten, is dat ze veel jonger zijn. Zij zijn daardoor al innovatiever en zitten al meer in die verbinding tussen ‘sociaal’ en ‘ondernemen’.”

“Tot mijn genoegen zijn RataPlan en Kringloopwinkel Steenwijk al aangesloten bij de Code. Ik vind eigenlijk dat alle kringlooporganisaties die zijn aangesloten bij de Branchevereniging Kringloop Nederland – dat zijn er een stuk of zestig – dat massaal moeten doen. De branchevereniging is meer naar binnen gericht, daar gaat het meer over een goede bedrijfsvoering. Dat is nodig. Maar het gaat er ook om wat voor impact je maakt.”

Kloof

“Hoe ziet de maatschappij er over dertig jaar uit? Ik vind dat er dan alleen nog maar sociale ondernemingen mogen zijn. Daarvoor moet er ook gewoon meer wet- en regelgeving komen, vanuit Europa, vanuit Nederland. De BVm juich ik toe. De Code kan een route daarnaartoe zijn – je moet ergens beginnen.”

“Maar ik denk dat je dan ook altijd wel de Code nodig zult blijven houden om te toetsen of normeren. Omdat je het niet aan wetgeving alleen, zoals de Belastingdienst of de overheid, over kunt laten. Ik denk dat sociale ondernemingen zichzelf ook sterker moeten kleuren, we moeten ons veel meer roeren. Want van het huidige en afgelopen kabinet hebben we absoluut niks gezien. Dus je zult moeten blijven verwoorden waar je voor staat. Als alles alleen maar om finance gaat, verdwijnen die belangrijke doelen, zoals de SDG’s, zo uit beeld.”

“Terwijl die SDG’s hard nodig zijn, want de maatschappelijke kloof is zó groot. Vandaag las ik nog in de krant dat veertig procent van de volwassen Nederlanders digibeet is. Dan heb je het niet alleen over bejaarden, maar vooral ook over mensen met een lage sociaaleconomische status die niet digitaal vaardig zijn.”

“We hebben het dan nog niet eens over hun schrijf- en leesvaardigheden, huisvesting en werkgelegenheid. We hebben het ook niet over eerlijk werk en werk voor iedereen, tegen een normaal en fatsoenlijk loon. En daar gaat het ook om: dat mensen een respectvolle, belangrijke en zingevende baan tegen een fatsoenlijk salaris verdienen. Punt.”

“Als sociale ondernemingen staan we samen sterk. Allemaal werken we op heel verschillende manieren aan die maatschappelijke impact en die wordt steeds beter benoemd. Met de Code hebben we een voetje tussen de deur bij departementen en de politiek, om onze eigen SDG’s en onze eigen impact steeds verder te verbeteren. Door explicieter te zijn, krijg je een zeker gewicht, een structuur. En dan kun je misschien ook écht zorgen voor meer impact. Daar wil ik me hard voor maken.”

Riet Lenting, directeur van Kringloop Zeist

Contact
Cabralstraat 1
  1057 CD Amsterdam
  Route
088 505 4352
info@codesocialeondernemingen.nl

 

KvK nummer: 73405183

Privacy statement

Disclaimer

Blijf op de hoogte.
Ontvang de nieuwsbrief!

Dit formulier wordt niet ondersteund door Internet Explorer.